d’Affaire D. (I): nogmaals de hypothese

Elk gerucht met zo’n lange adem verdient een hypothese om te kunnen verwerpen. Aan de bak dus: Demmink wordt door een netwerk dat reikt tot de hoogste regionen van de samenleving de hand boven het hoofd gehouden.

De kans dat je wordt meegezogen in een eindeloos narratief, dreigt. De affaire-Demmink heeft alle ingrediënten van een samenzwering, een complottheorie, of, om met de woorden van een collega te spreken: een monsterlijk verhaal. Alles zit er in: kindermisbruik, een hoge ambtenaar met genoeg middelen om de deksel stevig op de doofpot te houden (wat verklaart waarom wij nog niks weten, maar een selecte groep onderzoekers inmiddels al lang, namelijk dat de politieke elite  een fijnmazig netwerk van belangen is die zo zwaar wegen, dat de deksel er ook op blijft. Herkent  de cirkelredenering? Ik ook.

Vrije loop
Dus wordt al jarenlang gehint, geroddeld en gesmoezeld, maar een doorbraak blijft uit. Toch lijkt er langzaam een kentering waarneembaar. Niet bij Demmink, maar in zijn directe omgeving. Zo krijgt hij de advocaten niet meer vergoed (als de Kamer haar zin krijgt) en laat minister Opstelten ‘het recht zijn loop (…) hebben‘ waar zijn voorgangers pontificaal voor de geplaagde oud-secretaris-generaal (toen nog in dienst, nu met pensioen) gingen staan. Belangrijker nog: de rechter vindt dat het OM toch nog maar eens in het dossier moet duiken. Er komt een onderzoek en rechtszaak.

Cirkelredenering
Het zou pijnlijk zijn als dit onderzoek tot een andere conclusie komt dan Hirsch-Ballin in 2007, namelijk dat ‘van enige grond voor de juistheid van de beschuldigingen tegen de in de aangifte vermelde Justitieambtenaren niet is gebleken’. Toen stelde de minster-van-dienst vast dat het geruchten betrof en een minister heeft nu eenmaal de luxe om die naast  zich neer te leggen. Sterker: verder onderzoek hoeft niet, impliceerde Hirsch-Ballin, omdat de aangiften gebaseerd was op geruchten. Herkent u de cirkelredenering? Ik ook. Dat biedt genoeg stof tot nadenken, maar het is niet mijn benadering.

Hypothese
In juni vorig jaar stelde ik deze hypothese op: De topambtenaar [Demmink] wordt door een netwerk dat reikt tot de hoogste regionen van de samenleving de hand boven het hoofd gehoudenSubvragen gaan over wat de ‘hoogste regionen’ dan zijn, wat is ‘boven het hoofd’, hoe ziet dat netwerk er dan uit en, ten slotte: over welke topambtenaar hebben we het precies?

Suriname-coordinator 
Die laatste vraag is variabeler dan je denkt (en voorgaande een lange aanloop naar een frappante anekdote). Demmink kwam namelijk eerder in ‘opspraak’ en niet over zijn vermeende pedofilie. Voor zijn betrekking bij Justitie was Demmink directeur Wetgeving en Publiekrecht en Suriname-coordinator op het ministerie van Defensie.

Andere Tijden
Volgens Andere Tijden was hij in 1981 betrokken bij het wegmoffelen (mijn woorden) van een onderzoek naar de rol van de Nederlandse Militaire Missie in Paramaribo bij de coup van Bouterse, in 1980. Majoor Koen Koenders (Landmacht Inlichtingendienst) deed onderzoek naar de Missie (die tussen 1975 en 1980 onder leiding van Hans Valk stond) en stelde dat zonder Nederlandse hulp die coup nooit was gelukt.

Stofhappen
Andere Tijden
tekent op
: “Het rapport van Koenders verdwijnt als staatsgevaarlijk in een lade. De minister van Defensie krijgt het nooit te zien, door toedoen van de Suriname-coördinator op het ministerie. Die ambtenaar is Joris Demmink (…). Hij beslist dat er niets met de inlichtingen van Koenders moet worden gedaan, omdat hij het rapport taxeert als “een opsomming van roddels en verhalen die hij in 1980 en 1981 al heeft gehoord.”” Drie jaar later stuit de Kamer op de lade waar het rapport stof ligt te happen. De rapen zijn gaar, maar Valk mag blijven.

Jacht
Dat verhaal duikt in 1998 (weer) op en dan willen kamerleden Verhagen en Koekkoek (CDA) weten waar de brieven van Valk aan/van Demmink zijn gebleven. Beide heren zouden druk hebben gecorrespondeerd. Nederland is verwikkeld in de ‘kwestie-Bouterse’: Nederland had de jacht op de voormalig legerleider geopend.

Demmink-bij-Justitie
Het antwoord op de vragen van Verhagen en Koekkoek is even ontluisterend als dat het voeding biedt voor nieuwe complotten: die brieven zijn “niet aangetroffen in de dossiers van het ministerie van Defensie. Dergelijke brieven zijn evenmin aanwezig in de archieven van de ministeries van Buitenlandse Zaken en van Justitie”, aldus de minister van Buitenlandse Zaken Van Mierlo op 4 mei 1998. Kwijt dus. Maar een band was er – tussen Hans Valk, Joris Demmink en Desi Bouterse. De vraag rijst nu welke betekenis die relatie met Valk/Bouterse heeft voor de Demmink-bij-Justitie. Wordt vervolgd.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.