Virale politieke journalistiek

Zolang er geen vaccin gevonden wordt, hebben we alleen ons (gezond) verstand om COVID-19 te beheersen. Daarom een dagelijkse post met links en kanttekeningen over het raakvlak tussen virus en journalistiek. Aflevering 13, 7 april 2020. 

Persconferenties, politici en de pandemie. Amerikanen weten langzamerhand dat dit een ongelukkige combinatie van factoren is. Trump wist gisteren te melden dat een middel tegen malaria, ondanks experts (ter plaatse!) die beter weten, prima geschikt was om corona te bestrijden. Een kritische vraag stellen levert prachtige televisie op, de vraag is of de aanwezige journalisten hiermee de macht controleren. Nee, zegt bijvoorbeeld Jay Rosen:

We will not cover live any speech, rally, or press conference involving the president. The risk of passing along bad information is too great. Instead, we will attend carefully to what he says. If we can independently verify any important news he announces we will bring that to you— after the verification step.

Kortom: het is crisis en daarom zenden wij geen spreekmomenten van Trump uit — het risico dat verkeerde informatie wordt doorgegeven, is gewoonweg te groot, vindt niet alleen Rosen. En misschien moeten ze dat in Amerika tot na de crisis volhouden.

Want als in tijden van oorlog de waarheid als eerste sneuvelt, dan sneuvelt in tijden van crisis vrije informatie-garing. Logisch: beheersen van informatie, een centrale boodschap, herkenbaar, transparant en duidelijk is een belangrijke voorwaarde om crises te lijf te gaan. Anders gesteld: onduidelijkheid, twijfel, gefragmenteerd en ondeskundig wakkeren een crisis mogelijk verder aan – dat liever niet. Het beeld dat helpt is een zelfverzekerde overheid die precies weet wat te doen; niet een weifelende draaikont die zich overvallen weet door de werkelijkheid. Dus moet er actief worden gemanaged om onduidelijkheid tegen te gaan.

Beeldvorming dus, belangrijker dan vrije nieuwsgaring. Dus hees de communicatieafdeling van Justitie hun minister Grapperhaus van Justitie op de fiets om in het Vondelpark het publiek te wijzen op de verplichte 1,5 meter afstand. Kijk: dat is een flinke overheid! Die grijpt in, handelt, treedt op (mag je met je fiets op het gras komen?). Een PR-moment? Ja, denkt parlementair redacteur Sophie van Leeuwen in Medialogica Kort. Zeker weten doet ze niet, want ze staat al enige tijd – letterlijk – op afstand van politici. Die afstand wordt gecreëerd doordat de crisis vooral een managementprobleem is – uitvoering dus. Minister treden op advies van experts op, er staan geen waarden ter discussie. Daardoor, zegt Van Leeuwen, ontstaat een politieke situatie zonder verantwoording.

Die ‘verantwoording’ kreunt en steunt ook in vredestijd en blijkt soms onthutsend ad hoc. Dat werd onlangs prachtig zichtbaar in een lange (pre-corona) documentaire over twee parlementair journalisten: oude rot Kees Boonman en talent (hoe lang blijf je dat?) Suzanne Raes. Rennen en hollen, met gehijg als resultaat. Er is maar weinig tijd voor structurele kwesties; schandalen en affaires vinden hun oorsprong vooral buiten de Haagse kaasstolp, Boonman en Rase moeten veel uitleggen aan de redactie in Hilversum of Amsterdam om eens af te wijken van de dagelijkse nieuwsstroom. Tussen politici en parlementaire pers in Den Haag zit net zo’n afstand als tussen parlementaire pers in Den Haag en hoofdredactie in Amsterdam of Hilversum.

Jay Rosen gooit met zijn voorstel om Trump vooral te negeren natuurlijk de knuppel in het hoenderhok. Maar ook ik twijfel openlijk aan de meerwaarde van persconferenties met politici. Het is een prachtige traditie waar natuurlijk weinig valt te halen. Een onderwerp zou voor het post-coronatijdperk al wel hoog op de journalistieke en politieke agenda moeten staan: sociale ongelijkheid. Het FT pleitte al voor een nieuw sociaal contract — het is aan de journalistiek om de kleine lettertjes daarvan tegen het licht te houden.

**

Dit blog verscheen eerder op journalism.nl

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.